Dit zijn heel mooie dagen. De zon. Mijn land. Mijn familie. Mijn stad. Mijn mensen.
Het heeft veertien maanden geduurd, maar hier zijn we dan.
Thuis op vakantie.
Rechte rug, ontspannen schouders.
De trein raast door en ik blijf wandelen.
Verblind door de filter van het tijdelijke, zonder de noodzaak om mij aan te passen, verblijf ik in het heden.
Er is een wetenschap
die stelt dat deze dagen niet verloren gaan. Deze koekjes van geluk.
Schaamteloze tranen in een bruin café
goede gesprekken tussen gedeeld bloed
verwondering om succes. Trots op wat altijd al je familie is geweest.
Ontvangen en bevangen in de armen die me hebben grootgebracht.
Mijn moeder.
Een blinde warmte, gevoed door de liefde van het verleden en vanzelfsprekendheid van morgen. De vreugde in mijn ogen weerspiegelt in die van haar.
Zij zijn bruin. De mijne blauw.
Over het algemeen is de realiteit is een mislukte wens (we zijn ver weg van een schuldvrije, criminaliteitsloze, armoevrije, hongerloze, milieuvriendelijke, corruptieloze, vreedzame wereld zonder racisme en discriminatie).
Maar op deze heel mooie dagen
voor mijn egoïstische zelve,
is ze een droom die uitkomt.
Ik dank de zon, die met me mee is gereisd.
In hemel en in hart.