Wat ik nog ga doen in België?

Je kan niet ergens vertrekken zonder iets achter te laten, dat heb ik uit ervaring al mogen ondervinden. Maar ik heb nog drie dagen om te genieten van al mijn vanzelfsprekendheden die mijn vaderland biedt. En dat zal ik doen ook.

De kogel is door de kerk, ik heb mijn visum. Bijna ging ik onderdoor aan het wachten en  de onwetendheid. Frustraties stapelden zich op, en ik had geen enkele controle over de situatie – vooral met dat laatste kon ik maar moeilijk overweg. Wanneer je je emotioneel toelegt op bureaucratie, moet je ook kunnen omgaan met teleurstellingen. Aan het eerste maak ik mij schuldig, aan het tweede heb ik nog heel veel werk.

Nu is het wachten voorbij. En plotsklaps lijkt het allemaal een piece of cake te zijn geweest. De ene dag lig ik al huilend in bed en kan ik alleen nog maar ‘ik hou dit niet meer vol’ mompelen en de volgende dag sta ik luchtig te lachen: ‘het viel toch allemaal wel mee’. Opkropping maakt in één zucht plaats voor opluchting. Mijn schouders voelen twintig kilo lichter aan en mijn hoofd is leeg van zorgen. Ik kan terug intens genieten, want ik weet nu wanneer de Belgische klok voor mij stopt met tikken.

Maar man, wat ga ik mijn vaderland ook missen. Vrienden en familie, dat ongetwijfeld. Maar ook enkele ‘details’ die me nauw aan het hart liggen. Daarom ga ik de volgende dagen, inclusief vandaag, me toeleggen op het uitvoeren van volgende ‘vanzelfsprekendheden’;

– Nog veel koffie drinken, omdat ik me in Suriname moet behelpen met oploskoffie;
– Veel préparé eten, omdat ze die in Suriname niet hebben;
– Smullen van de zelfgemaakte frietjes van de mama, omdat dat nu eenmaal de beste frietjes zijn;
– Zelfde is van toepassing op de zelfgemaakte soep van de mama met het lekkere brood;
– Overal naartoe fietsen, want daar is het in Suriname te warm voor;
– Goe Gents klappen, want dat verstaan ze in Suriname niet;
– Vanuit mijn kamer naar de straat kijken, want er hangt geen tralies tussen;
– Mijn benen ontharen, want het is weer tijd voor de korte shorts;
– Worstenbroodjes eten;
– Avondwandelingen maken, omdat ik in Suriname in de avonduren niet gezellig/veilig over straat kan lopen (afwezigheid van straatverlichting en voetpaden maakt het al snel onveilig, drinkende mannen op de hoek snel ongezellig);
– Nog veel naar mijn vader, moeder en broers kijken, want die zal ik toch maar weer moeten missen;
– Een goede, koude Duvel drinken, want dat is pas een ‘goe bierke’;
– Niet werken, want dat moet in Suriname wel weer;
– In het midden van mijn dubbel bed liggen, want in Suriname moet ik plaatsmaken voor Quincy (alhoewel ik dat niet zo heel erg vind);
– ‘Het Smelt’ van Lize Spit uitlezen, want die heb ik geleend van Jutta en moet hier blijven (aanrader trouwens);
– Mijn nichtjes een dikke knuffel geven;
– En genieten van de koude wind, want iets zegt me dat ik daar in Suriname nog naar ga verlangen.

Kortom: wanneer de details wegvallen, zo ook een stukje ‘thuis’

En dan heb ik het nog niet over u, vrienden, die onmogelijk weg te zetten zijn als ‘detail’.  Jullie zijn nog een heel hoofdstuk apart, eentje dat ook niet weg te schrijven valt. Wat zal ik jullie missen, onze gesprekken en onze verschillen, onze openhartigheid, onze eerlijkheid en discussies, onze vanzelfsprekendheid.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s